Een transformerend besef – we doen alles maar één keer!
We denken of zeggen wel eens: al weer dat! Dat deed ik toen en toen ook. Dat heb ik gisteren al gezegd of gezien. We denken dat we dingen herhalen. Onjuist. ‘Herhaling’ is voor meerdere interpretaties vatbaar. In wereldse zin mag het zo lijken maar in spirituele zin is de realiteit anders.
In de wereld leven we met een idee van gisteren, vandaag en morgen waarin we bepaalde zaken herhalen, althans naar ons gevoel. In spirituele zin zijn gisteren, vandaag en morgen geen drie verschillende eenheden of dimensie maar één. We ‘denken’ die eenheden gescheiden van elkaar maar in absolute zin beleven we alles NU.
Ieder moment is anders dan het vorige. Daarom noemen we ons leven ook een ongebaand pad, niet eerder begaan. In het alledaagse leven hebben we wel eens het idee dat anderen voor ons bepalen wat we wel en niet doen. Maar in werkelijkheid gaan jij en ik ieder een eigen pad, ongeacht of we nu wel of niet die ervaring hebben. Dat pad is de weg van NU, dit ene moment, dat zich in ons ontvouwt. In de wereld hebben we het idee dat we met de ogen op afstand een omgeving waarnemen. In spirituele zin zien we met de blik van de oneindige ruimte, met de blik van God. Vandaar de expressie – de ogen waarmee God mij ziet zijn de ogen waarmee ik God zie. Het is één.
Ons denken en handelen is eveneens een door de scheppingskracht ingegeven denken en handelen. En alles gebeurt nu en voor de eerste en laatste keer. Alles wat we denken en doen is eenmalig, uniek. Hannah Arendt schreef niet voor niets dat – vrij vertaald – met de mens de scheppingskracht in de wereld was gekomen. In ons doen en laten, ontvouwt zich de wereld waaraan we met ons bestaan zelf kleur en inhoud geven.
Alles is NU. Alle gebeurt slechts één keer. Er is geen sprake van herhaling of ‘hetzelfde’. Alles is eenmalig en uniek. Dat is ook de reden waarom in de spiritualiteit de aandacht voor wat we doen zo belangrijk is, ja essentieel. Ons doen en laten, de wijze waarop we handen en voeten geven aan ons leven manifesteert namelijk direct en onmiddellijk de unieke scheppingskracht van dit ene moment. In Zen heet het daarom ook: Of we nu de ene voet optillen en de andere neerzetten, we verlaten de plek van Verlichting nimmer.
In de wereld werken en handelen we vanuit een intentie en doel. In spirituele zin is er enkel de handeling omwille van de handeling. Dat is waarom Christus op de lelies in het veld (Mattheus 6-28): ‘Let op de lelies in het veld, hoe zij groeien. Zij werken niet en spinnen niet.’ De lelies manifesteren in hun onschuld en wezensnatuur de werking van de scheppingskracht. Dat is wat de natuur ons in feite vertelt. Dat is waarom Carl Gustav Jung de verbroken binding van de mens met de eigen natuur zo betreurde en er een levenswerk van maakte die band weer te herstellen, dat wil zeggen in de herinnering terug te halen.
In wat we doen en denken, in onze presentie hier en nu, ligt het vermogen verborgen die band volledig te ervaren. Het is ons gegeven te handelen en te denken enkel omwille van het handelen en denken. In feite is die band nooit verbroken geweest maar we zijn ‘m vergeten. Het vraagt van ons beoefening van de spirituele praktijk dat gegeven weer in de herinnering te brengen. En om er vervolgens naar te handelen. Telkens weer. En aldus de eenheid die er met alles is vóór te leven, die eenheid diepgaand te respecteren en te dienen. Want die eenheid is ons pad. En je bent de enige die ‘m kan gaan en onderhouden.